Het lijkt alsof het onderwijs als de wiedeweerga alle leerachterstanden moet inhalen. Maar corona biedt vooral de kans het onderwijs als maatschappelijk project te herontdekken, vindt Berend Kamphuis.
Corona is een wake-up-call voor het onderwijs, vindt Berend Kamphuis, voorzitter van de koepel voor christelijk en katholiek onderwijs VERUS. “Zoals het VNO-NCW kwam met het ‘bredere welvaartsbegrip’, zo verdient het onderwijs een breder begrip van kwaliteit.”
Is genieten van mode oppervlakkig? Nee: een mooi gemaakt knoopsgat, een blinde sluiting of het verhaal van de maker en zijn motieven heeft juist diepgang.
Ik vind het heerlijk om over mode te lezen. Oppervlakkig? Mode heeft voor mij een boodschap, niet alleen over vakmanschap maar soms ook over politieke kwesties.
Nu Covid-19 rondwaart, lijkt onze gezondheid belangrijker dan ooit. Kosten noch moeiten worden gespaard. Maar er is veel meer in het leven dan een gezond lichaam en een gezonde geest.
Het goede leven en geneeskunde, hebben die wat met elkaar te maken? Maar ten dele, zou ik zeggen. Het goede leven gaat over welzijn, werk, sociale contacten, de liefde, relaties, religie en zingeving.
Mensen kunnen niet zonder technologie, van eenvoudige uitvindingen tot technologische hoogstandjes. Technologie kan echter ook een heilsverhaal worden, en beloftes doen die je bij nader inzien toch liever niet vervuld ziet.
De menselijke persoonlijkheid uploaden naar een computer, zo hoopt ondernemer Elon Musk de dood te overwinnen. Overledenen kunnen dan worden gedownload en overgezet in het lichaam van een robot of een ander mens. Ook ziet hij kansen om telepathische communicatie mogelijk te maken. Het geheim: een microchip.
Iemand kennen en hem missen als je hem niet meer ziet, kan ook als je zijn naam niet weet.
We zwaaien alsof we elkaar tijden niet hebben gezien. Dat doen we elke dag opnieuw. Tussen de stoep waar ik loop en de stoel waarin hij zit, is enkel een raam.
Het lijkt iets kleins: een grootwinkelbedrijf dat plastic zakjes uit de winkel verbant. Maar het scheelt tonnen aan plastic. Alle kleine besluiten bij elkaar maken dus wel degelijk verschil.
Een paar dagen geleden las ik bij RTL-nieuws dat Albert Heijn stopt met het aanbieden van plastic zakjes bij de groente- en fruitafdeling. En zo haalt maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVT) de laatste tijd steeds vaker het nieuws.
Er moet zo snel mogelijk een nationaal herstelplan komen, zegt Mark Rutte. Laat dat nu net een perfect moment zijn om tegelijkertijd de industrie te verduurzamen en te vergroenen.
Na al het verkiezingsgeweld hoop ik dat Rutte en andere lijsttrekkers wat tijd vinden voor rust en reflectie. Tijd om na te denken over wat er nu echt nodig is om de economie weer op het goede spoor te krijgen.
Corona zal een aantal blijvende veranderingen gaan geven, ook als iedereen gevaccineerd is. Sommige zaken zullen terugkeren, sommige mogen ook gerust wegblijven, zoals de drie zoenen op een feestje.
Niemand had een jaar geleden kunnen voorspellen dat we een jaar later nog steeds in een lockdown zouden zitten. Ook ik dacht toen nog dat alles binnen een paar weken weer normaal zijn, maar het virus heeft ons flink bij de neus genomen.
Dat ouderen eenzaam kunnen zijn, is algemeen bekend. Voor jongeren is dat een stuk minder het geval. Toch is het belangrijk het taboe op eenzaamheid eraf te halen. Dat kan door gewoon te beginnen met ernaar te vragen.
Eenzaamheid is het gevoel dat je een tekort hebt in jouw sociale relaties. Eigenlijk is eenzaamheid een nuttig alarmbelletje, dat je aanzet tot het maken van contacten. Het is vergelijkbaar met honger, een signaal dat je lichaam voedsel nodig heeft.
Veiligheid is belangrijk voor een kind, maar geborgenheid nog veel meer. Dat gaat over je thuis voelen in de wereld, en geborgen zijn door iets hogers. Daarbij spelen niet alleen de ouders maar ook de school een rol.
Voor mij ligt een kloek uitgegeven, mooi geïllustreerde bundel met de intrigerende titel Geborgenheid. Thuiskomen in de wereld. De ondertitel luidt Over de pedagogische opdracht van de school. De redacteur ervan is Dick den Bakker, een man die zijn sporen verdiend heeft in verschillende functies in het christelijk onderwijs. Het boek is, ik denk niet toevallig, vorig jaar november verschenen tijdens de coronacrisis.
Je zou verwachten dat gebedsgroepen stilvallen door corona en Covid-19, omdat men zich wellicht ongemakkelijk voelt bij digitaal gebed. Maar het tegendeel is waar, blijkt uit onderzoek.
Gebed is doorgaans een persoonlijke zaak. Maar als je een evangelische achtergrond hebt, zoals ik, dan is bidden ook iets wat je samen doet. Gebedsgroepen waar mensen hardop met elkaar bidden zijn misschien geen evangelische uitvinding, maar de stroming staat er wel om bekend.
Het steekt nauw als je mensen die lijden wilt helpen. Het begint met luisteren, met naast de ander gaan zitten. Daar blijft het echter niet bij, je kunt de ander ook helpen weer op te staan.
Soms zijn gedetineerden zo ver weg dat ze hulpverleners niet meer opzoeken maar mijden. “Zullen we samen koffie zetten”, vroeg ik vaak aan gedetineerden die wat afwezig bij me binnenkwamen. Bij de koffie vroeg ik dan: “Wil je er ook iets lekkers bij hebben? Dat zit in die doos. Zullen we even kijken samen?”
Ja, ik wil de nieuwsbrief
Elke week de belangrijkste verhalen in mijn mailbox