Niet alle nieuws krijgt evenveel ruimte. Soms is dat een beetje vreemd, zoals bij de annexatieplannen van Netanyahu en die van Nepal en India. Het eerste conflict krijgt royaal aandacht, het tweede bijna niets. Waarom eigenlijk?
Op 18 juni hoorde ik op het radiojournaal een kort bericht. Het onderwerp was annexatie. De senaat in Nepal had besloten de kaart goed te keuren waarbij vierhonderd vierkante kilometer definitief tot Nepalees grondgebied werd verklaard.
De vrijheid van meningsuiting is zowel een recht als een plicht. Je mag je mening uiten, ook als die een ander kwetst. Maar je moet ook accepteren dat een ander jou kan kwetsen met zijn uitingen.
Het klinkt zo gewoon. Iedereen in Nederland heeft het recht te zeggen wat hij vindt en denkt.
Als we de actiegroep ‘Viruswaarheid’ mogen geloven, staat Nederland op het punt een dictatuur te worden. Maar een mondkapje bedreigt je grondwettelijke vrijheden evenmin als de autogordel of de scooterhelm.
Corona is niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Het staat op je Facebookpagina, in de krant en is op radio en tv. Zijn er vandaag meer of minder mensen besmet en welk vakantieland is van geel naar oranje of zelfs rood verschoven?
Eindelijk wordt racisme op het voetbalveld niet langer gedoogd. Maar doen de straffen wel echt pijn?
Eindelijk worden geluiden op het voetbalveld, gericht op voetballers met een gekleurde huid en met de bedoeling hun spel te ontregelen, niet langer gedoogd. Deze vorm van racisme is veel te lang getolereerd. O ja, er werd schande over gesproken in de media. Spelers droegen shirtjes met anti-discriminatielogo’s, maar het hielp geen ene malle moer.
De bedoeling van de wetswijziging is goed, maar de toelichting rammelt aan alle kanten.
De wetswijziging over het bevorderen van goed burgerschap die minister Arie Slob van Onderwijs heeft ingediend roept kritische reacties op. Alweer die regeltjescultuur en bovendien een aantasting van de autonomie van de leraar en het schoolbestuur. Het probleem ligt echter vooral in de slechte toelichting bij de wet.
De Partij voor de Dieren wil ritueel slachten verbieden, maar gebruikt daarbij misleidende termen.
Dierenwelzijn is topprioriteit bij de Partij voor de Dieren. Het debat in 2010 over een initiatiefwet die ritueel slachten verbood, leidde tot een convenant. Daarin werken leden van de joodse en islamitische gemeenschap, vleesverwerkende instanties en overheid samen om de rituele slacht streng gecontroleerd te laten plaatsvinden. Een uniek samenwerkingsverband waar heel Europa met belangstelling naar kijkt. Maar de partij wil meer en diende opnieuw een initiatiefwet in die moet leiden tot een verbod op ‘onverdoofd’ slachten.
Een wet die gezichtsbedekkende kleding niet toestaat, is na jarenlange discussie door het parlement aangenomen.
In Nederland blijkt de meerderheid - en daar hoor ik deze keer bij - een confrontatie met mensen, van wie je niet eens kunt zien of onder al die lappen een man of een vrouw zit, ronduit onprettig te vinden. We kennen een nauwelijks omstreden vorm van voorschriften omtrent kleding. Niet in je nakie over straat, bijvoorbeeld. Of: op kantoor geen teenslippers, net zomin als naveltruitjes.
Vanzelfsprekend vraagt de coronapandemie alle aandacht, maar er gebeuren nog meer belangwekkende dingen, die nog positief zijn ook. Het nieuwe vredesakkoord tussen de Verenigde Arabische Emiraten en Israël bijvoorbeeld. Maar het bleef heel stil.
Covid-19 beheerst het nieuws. Loopt het aantal besmettingen op of niet? Voor sommigen is dat reden bijna de hele dag tv te kijken.
Discriminatie is bij wet verboden. Maar het blijkt ingewikkeld om iemand veroordeeld te krijgen die discrimineert met handelingen in plaats van met woorden.
Krap drie weken geleden zijn in Amsterdam de ramen van het restaurant Ha Carmel opnieuw ingeslagen, en werd geprobeerd een buitgemaakte vlag in brand te steken. De opgepakte dader is een Syrische asielzoeker die gevlucht is uit Yarmuk, het Palestijnse stadsdeel van Damascus.
De huidige crisis geeft een mooie gelegenheid de balans tussen het eigen belang en dat van de gemeenschap opnieuw af te wegen. En dat gaat verder dan het wel of niet opvolgen van afgekondigde maatregelen.
Vandaag is het ruim twee maanden geleden dat de eerste alarmberichten over een nieuw zeer dodelijk virus ons bereikten. Intussen bevindt de hele wereld zich in een situatie die een jaar geleden voor onmogelijk werd gehouden.
De protesten tegen racisme en discriminatie zijn terecht, maar de polarisatie waarmee ze gepaard gaan, is problematisch. Die kan zelfs uitlopen op de inperking van de vrijheid van meningsuiting.
De dood van George Floyd heeft niet alleen in Minneapolis, maar wereldwijd terecht tot woedende reacties geleid.
In tijden van crisis wordt duidelijk hoe stevig onze democratie is en hoe goed er gehandhaafd wordt. Maar ook daarna blijft er nog genoeg stof tot nadenken over.
Velen hanteren het gezegde: democratie is de minst slechte bestuursvorm die wij kennen.
De overheid wil dat burgers integer handelen, maar gaat daarbij zelf soms over de grens van het betamelijke.
De term ‘integer handelen’ valt de laatste tijd vaak. Steeds meer gemeenten maken zich zorgen omdat bepaalde clubs of winkels heel andere dingen blijken te doen dan wat op de etalageruit staat.
Het kabinet moet aftreden vanwege de toeslagenaffaire, menen veel mensen. Maar het kabinet moet eerst maar eens de ontstane problemen oplossen en daarna kijken hoe het beter kan.
Aan het pleidooi om de ruim 26.000 gedupeerde gezinnen door de toeslagenaffaire met Kerst tenminste 1000 euro compensatie te betalen, lijkt geen gehoor gegeven. Opnieuw lijken procedures voorrang te krijgen, ook na het laatste overleg in het Catshuis op 22 december.
Diversiteit bespreken is hard nodig, maar liever niet krampachtig alleen in de eigen bubbel. Hoe leer je elkaar anders nog kennen en waarderen?
Bij een discussie over Black Lives Mattermoet natuurlijk een deel van de sprekers uit niet-witte mensen bestaan. Maar wanneer je dit principe tot voorwaarde maakt, moeten over antisemitisme vooral Joden spreken en mag een Tweede Kamer-discussie over invaliden alleen plaatsvinden wanneer er minstens één Kamerlid in een rolstoel zit.
De Tweede Kamerverkiezingen staan gepland op 17 maart. Maar gaat dat allemaal wel lukken? Verstandiger is ze drie maanden op te schuiven.
Bijna geen enkele politicus wil over uitstel van de verkiezingen praten, want het kabinet is demissionair en dat moet zo kort mogelijk duren. Op zich een uitstekend argument, maar we verkeren in een uitzonderlijke situatie.