Weg uit de democratische lock-down
Crises zijn slecht voor een democratie. Het volk groepeert zich rond de leider en politici worden bang om in de weg te lopen bij het bestrijden van de crisis.
Dat geldt zeker in Nederland, waar een politici een zekere valse bescheidenheid bezitten. Zo durfden ze zichzelf niet op de lijst van de vitale beroepen te zetten of van de democratie een vitaal proces te maken. Veel volksvertegenwoordigingen gingen hier in een democratische lock-down.
Inmiddels lijken de heftigste maanden van de crisis voorbij, maar ik proef in de lokale politiek nog veel politieke afwachtendheid. Dat geldt zowel voor de invloed die gemeenteraden willen hebben op de toekomstige maatregelen als voor de verantwoording die ze vragen over wat in het recente verleden is gebeurd.
De keuzes die bestuurders al een tijdje moeten maken, zijn al lang geen eendimensionale crisisbestrijding meer
Deze afwachtendheid mag sympathiek en bescheiden overkomen, uiteindelijk is het publieke taakverwaarlozing.
Want de keuzes die bestuurders al een tijdje moeten maken, zijn al lang geen eendimensionale crisisbestrijding meer. De keuzes zijn inmiddels hartstikke politiek geworden. Wie mag voorzichtig weer open en wie zekerheidshalve nog niet? Wie krijgt geen noodsteun, en wie schopt het tot onze ‘nationale trots’ en mag miljarden ophalen?
Allemaal keuzes met winnaars en verliezers. Zichtbaar en onzichtbaar. Heel veel effecten van de corona crisis zijn immers nog lang niet in beeld. Steeds meer keuzes dus, die om democratische verantwoording vragen. Politiek wacht niet op de politici. Het is tijd om de democratie uit de lock-down te halen.
Geerten Boogaard is hoogleraar decentrale overheden aan de Thorbeckeleerstoel aan de Universiteit van Leiden