
Voor integer bestuur zijn goede afspraken nodig
In het vorige artikel ging het over het publieke debat, waarin de slinger steeds feller uitslaat van ongegeneerd machismo enerzijds naar morele superioriteit anderzijds. Van de maat nemen tot aan mateloosheid. Waar ligt de balans?
Het (terug)vinden van de juiste maat, de juiste balans kan mede gevonden worden door aan het begin van een bestuursperiode afspraken te maken over omgang met integriteit. Stel samen een stappenplan op voor het geval van een onverwachte gebeurtenis. Een soort rode knop, een time out waarvan in geval van nood gebruik gemaakt kan worden.
Veel organisaties hebben protocollen en gedragscodes, vaak al van lang geleden. Maar alleen het vastleggen van regels of protocollen is niet afdoende bij de omgang met integriteit. Regelmatig stilstaan en in gesprek gaan met oude en nieuwe bestuurders is noodzaak.
Goed gesprek
Om voor het eerst of opnieuw vast te stellen wat integer handelen is, is allereerst een goed gesprek nodig. Samen afspraken maken, helpt om in het complexe krachtenveld van het openbaar bestuur goed beslagen ten ijs te komen. Een moresprudentie (een bundel beschreven casuïstiek) is een behulpzame manier om reeds eerder vastgelegde regels en of codes expliciet bij langs te lopen.
Voldoen de regels in de praktijk? Zijn ze bekend? Moeten er zaken geschrapt of juist aangevuld worden? Welke ervaringen hebben bestuurders zelf met integriteit?
Laat je je aanspreken door anderen, ben je te corrigeren?
Een gezamenlijk gesprek over identiteit kan worden gevoerd aan de hand van vragen als: wat is bestuurlijk verantwoordelijkheid en hoe draag je die? Laat je je aanspreken door anderen, ben je te corrigeren? Hoe is de balans tussen werk en privé? En hoe ga je om met persoonlijke aangelegenheden als relaties, declaraties, omgang met anderen, uitgaan, reiskosten?
Stappenplan
Daarnaast is het ook wenselijk om een stappenplan te hebben, wanneer het mis dreigt te gaan. Er moet een scenario klaarliggen dat expliciet van kracht wordt, waar je op kunt terugvallen als het spannend wordt. Dat dit geen overbodige luxe is, blijkt uit het toenemend aantal ongelukken als het gaat om integriteit. Met aan de ene kant moedwillige schendingen van de integriteit, en aan de andere kant integriteit als wapen om je tegenstander uit te schakelen.
Zo’n stappenplan moet aan een aantal voorwaarden voldoen. In de eerste plaats de vereiste schaal: integriteit is gevoelig en vereist een zorgvuldige omgang, niet in de laatste plaats om degene die verdacht wordt ook te beschermen. Het vraagt om een kleine schaal, een klein en veilig verband van hooguit twee of drie personen om dit aan te kaarten en op te lossen, onder verantwoordelijkheid van de voorzitter.
In de tweede plaats de beoordeling. Daarbij is goed luisteren, hoor en wederhoor plegen een eerste vereiste. Wat is er écht aan de hand? Is de casus helder? Spelen eigen sympathieën of antipathieën een rol? Is er sprake van onafhankelijke en onbevooroordeelde beoordeling? Staat de voorzitter werkelijk boven de partijen? Daarin kan de eerder aangehaalde moresprudentie behulpzaam zijn. Wat is in vergelijkbare situaties gedaan? En waar kun je terecht voor ruggenspraak?
Bestuurlijk onvermogen
Ten derde het handelen. Wat is proportioneel? Het inhuren van een integriteitsbureau om te onderzoeken of er sprake is van een integriteitsschending moet daarbij de laatste stap op de escalatieladder zijn. Regelmatig is het namelijk het camoufleren van het eigen bestuurlijke onvermogen en of het afschermen van de eigen onwil de reden om zaken bespreekbaar te maken. En dat geldt naar beide kanten.
Als de zaak eenmaal op straat ligt, is een digitaal brandmerk niet ver weg
Ten vierde de vastlegging en communicatie. Zorgvuldigheid is een eerste vereiste, zowel bij de vastlegging als bij eventuele communicatie. Als de zaak eenmaal op straat ligt, is een digitaal brandmerk niet ver weg. ‘Ontgoogelen’ is in de praktijk nauwelijks mogelijk.
Eén van de meest genoemde pijnpunten door bestuurders, in het pas verschenen boek Onvrijwillig, lessen uit gedwongen vertrek van bestuurders (Mediawerf 2020), is dat achter de rug van betrokkenen om is besloten en gecommuniceerd. Als de persoon in kwestie vertrokken is, is zorgvuldige en terughoudende communicatie naar buiten van het grootste belang, tenzij er sprake is van een aangetoond misdrijf.
Er zijn klassieke valkuilen bij integriteitskwesties. Geen hoor en wederhoor plegen, maar afgaan op roddels en sentimenten. Of niet werkelijk luisteren maar het oordeel al klaar hebben. Vaak ook zitten persoonlijke antipathieën in de weg, bijvoorbeeld vanwege karakterverschillen. Onafhankelijkheid uitbesteden aan een bureau werkt ook niet altijd, dat bureau staat immers in dienst van de opdrachtgever.
Passiones
Tot slot, Augustinus noemde angst en andere ‘passiones’ als begeerte en jaloezie, als tegendeel van wijsheid en pleitte ervoor deze uit te bannen, omdat deze gemoedstoestanden ravages kunnen veroorzaken.
Waarachtigheid is daarbij een essentiële randvoorwaarde. Als waarachtigheid losgezongen is van het geweten in het bestuurlijke systeem, wordt deze angst niet meer gevoeld en ontstaat de zelfgenoegzaamheid die zo kenmerkend is voor machismo.
Barmhartigheid daarentegen is een deugd en levensinstelling waarin iemand zonder aanziens des persoons of zonder vooroordelen een ander vanuit oprechte betrokkenheid te hulp schiet. En zoals Jezus barmhartigheid uitdraagt, verkondigt hij ook dat God niet zozeer toornig of wraakzuchtig is, als wel eerst en vooral barmhartig.
Barmhartigheid
Bij omgang met integriteit is barmhartigheid van het grootste belang, omdat integriteit gaat over wie je bént in plaats van alleen over wat je doet. Integer handelen, kan alleen gedijen als publieke organisaties ‘lekker in hun vel zitten’. Maar ook als bestuurders hun werk kunnen doen binnen een verruimd moreel mandaat, waarover zij transparant zijn en op aangesproken kunnen worden.
Zo zoeken naar de juiste maat rondom integriteit, maakt en houdt het openbaar bestuur weerbaar én geloofwaardig. Dan wordt het een mooi concert, waar het publiek graag naar luistert.
Willemien Vreugdenhil is oud wethouder en theoloog in opleiding. Zij werkt momenteel als kwartiermaker voor het Ministerie van BZK
De Wethoudersvereniging houdt samen met de Thorbecke Leerstoel en Platform 31 eind januari een expertmeeting over integriteit en schrijft aan een moresprudentie
Zonder vrijheid en rechtsstaat zijn mensen rechteloos
Hoe zorgen we ervoor dat we met de bestrijding van het coronavirus niet te veel van onze rechten en privacy opgeven? Zoek de balans, zegt Marianne Hirsch Ballin, bestuurslid van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.