
Van geluk naar vreugde
Gelukkig worden moet in ons land niet zo moeilijk zijn, zou je denken. Nederland staat in de top-5 van de gelukkigste landen ter wereld. Dit blijkt uit het World Happiness Report, een jaarlijks onderzoek van de Verenigde Naties onder 156 landen. ‘Geluk’ is gemeten met enquêtes waarin mensen hun eigen leven evalueren.
Het meest recente onderzoek werd uitgevoerd tussen 2016 en 2018. Rijke landen zoals Noorwegen prijken bovenaan de lijst. Landen die door oorlogsgeweld worden getroffen, zoals Syrië, of waar een dictatuur heerst, zoals Venezuela, zijn het meest gedaald.
Het verzadigingspunt ligt bij anderhalf keer modaal
De Belgische schrijver Jan de Deken maakte een wereldreis langs de (on)gelukkigste landen ter wereld. Hij constateerde dat mensen in het welvarende Singapore ongelukkiger zijn dan mensen in Afghanistan en Irak. Het leerde hem dat ranglijsten met een korreltje zout moeten worden genomen. In het onderzoek van de Verenigde Naties wordt vooral levenstevredenheid gemeten. En dan scoren de Scandinavische landen goed: naast Noorwegen ook Denemarken, Finland en IJsland. In een andere ranking van de OESO werd vooral welvaart gemeten. Dan scoorde Australië jarenlang goed.
In een interview met de Volkskrant zegt De Deken: ,,In rijke landen zijn mensen gemiddeld gelukkiger dan in arme landen. Maar het verzadigingspunt ligt bij pakweg anderhalf keer modaal. Nog meer geld erbij maakt niet gelukkiger. Maar er zijn uitzonderingen. In Oost-Azië houdt het geluk geen gelijke tred met de economische groei. In Singapore pushen ouders hun kinderen om het altijd beter te doen. Van zoveel druk wordt niemand gelukkig. De Bulgaren zijn opvallend ongelukkig, ze bungelen altijd onderaan de ranglijstjes. De EU bleek niet het gouden ticket te zijn waar ze op hadden gerekend. Er is wel democratie, maar de burgers moeten daar de vruchten nog van gaan plukken in de vorm van goed bestuur, minder corruptie.”
Streven naar geluk maakt ongelukkig
In een tweetal recente boeken wordt ons voorgehouden dat wij helemaal niet naar geluk moeten streven. De jonge Amerikaanse schrijfster Emily Esfahani riep ons in De kracht van betekenis zelfs juist op ermee op te houden om naar geluk te streven. Het nastreven van geluk maakt mensen ongelukkig”, zo stelt de psychologe. ,,Geluk is iets dat komt en gaat. Het kan hoogstens een bijproduct zijn van een betekenisvol leven.”
Wie een betekenisvol leven leidt, wordt van zelf gelukkig, zo houdt Esfahani ons voor. Ook de populaire Amerikaanse columnist David Brooks schrijft in zijn The Second Mountain, dat het najagen van geluk, plezier en erkenning een doodlopende weg is.” Steeds nieuwe ervaringen najagen, zoveel mogelijk leuke dingen doen, alles van je bucketlist afvinken en dan toch dat lege, eenzame en zinloze gevoel overhouden. Soms zelfs een identiteitscrisis of een burn-out. Datis wat Brooks het ‘Instagram-gevoel’ noemt. Hij leent uit het werk van Kierkegaard, die halverwege de negentiende eeuw al schreef over het oppervlakkige ‘esthetische leven’, dat gedoemd is tot niets te leiden. Het is voor Brooks ‘de eerste berg’, die velen in hun leven beklimmen. Als ze op de top aankomen, staren ze de leegte in. Het hogere doel is volgens Brooks ‘de tweede berg’. De eerste berg draait om jezelf, de tweede om anderen.
Diepe verbindingen brengen vreugde
Het goede leven draait niet om pleziertjes, maar om diepe relaties met de mensen om je heen. Brooks bepleit te investeren in échte relaties. En dan niet vrijblijvend, maar door het aangaan van echte, diepe verbindingen en het accepteren van langdurige en onvermijdelijk moeilijke verplichtingen naar anderen. De schrijver raadt ons aan om niet naar geluk te streven, maar naar vreugde. Geluk is volgens hem een egoïstische overwinning die even leuk is voor jezelf, maar vreugde overstijgt jezelf. Geluk krijg je van dingen bereiken en lijstjes afvinken, maar het goede gevoel ebt snel weg. Vreugde daarentegen is langdurig. Het is iets wat je nooit alleen kunt ervaren, alleen met anderen met wie je diepe banden hebt opgebouwd. De jarenlange mantelzorg voor een zieke of oudere naaste, de diepgevoelde trots op een kind, het helpen van een vriend in nood en de liefde voor een echtgenoot. Brooks: ,,Het leven is een kwalitatieve opgave, niet een kwantitatieve.” Wat minder aan jezelf denken en diepe betekenisvolle verbintenissen aangaan met anderen in je directe omgeving. Niet het individu, maar relaties centraal stellen.
Eenzaamheid en armoede vragen om verbinding
Dit zijn interessante gedachten, inspirerende oproepen. Zeker als je beseft, dat 40 procent van de Nederlanders volgens een landelijk onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek uit 2018 aangeven zich eenzaam te voelen. En dit zijn niet alleen ouderen. Ook tussen de 3 en 10 procent van de jongeren is chronisch eenzaam. Uit recent onderzoek blijkt verder dat het aantal daklozen in ons land tussen 2009 en 2018 ruim verdubbeld is van 18.000 tot 39.000 mensen. Verder leefden volgens het Sociaal Cultureel Planbureau in 2017 in ons rijke land bijna 1 miljoen mensen in armoede. Om precies te zijn 939.000 mensen, wat neerkomt op 5,7 procent van de bevolking.
Onder deze mensen in armoede zijn 272.000 kinderen. 8,1 Procent van alle kinderen. Kinderen, die ’s winters in zomerkleding naar school gaan, vaak zonder behoorlijk ontbijt. Mee op schoolreis, trakteren voor je verjaardag, lid zijn van een sportclub of naar muziekles zit er voor hen niet in. 272.000 kinderen in een rijk en beschaafd land als het onze, dat volgens de Verenigde Naties tot de gelukkigste landen in de wereld behoort : dat is toch een schande!
Maar er zijn toch allerlei fondsen, zoals de Stichting Leergeld, het Jeugdsportfonds, het Jeugdcultuurfonds, tal van particuliere fondsen en de Voedselbank en de Bijzondere Bijstand? Dat klopt. En deze doen geweldig werk. De meeste vrijwel geheel door vrijwilligers gerund. En voor een groot gedeelte gefinancierd uit particuliere middelen. Hier doen tienduizenden betrokken Nederlanders inderdaad betekenisvol werk in de geest van Esfahani en Brooks. Zij verbinden zich met mensen die het minder getroffen hebben in het leven. Anderen gaan nog steviger relaties aan met eenzame en arme medeburgers via instellingen als Buddyhulp, Quiet, Zonnebloem, Vincentius en allerlei andere kerkelijke en seculiere organisaties. Ook de nationale en lokale overheden hebben zich de laatste jaren in toenemende mate ingelaten met armoede en eenzaamheid.
Een win-winuitkomst voor schenker en ontvanger
Toch kan er nog zoveel meer gebeuren, met een win-winuitkomst voor schenker en ontvanger! De ontvanger krijgt aandacht, hulp of ondersteuning. De schenker geeft betekenis aan zijn of haar leven, wat als we Esfahani en Brooks mogen geloven - en dat doe ik - hem of haar óók veel brengt. In een beschaafd en rijk land als Nederland moeten wij ons toch schamen, dat er nog zoveel mensen op straat moeten leven, dat er nog zoveel eenzaamheid is en dat er nog zoveel mensen en vooral kinderen in armoede leven. Dit vraagt om een inspanning van ons allen, collectief en individueel.
Waarom durft dit kabinet zich – zoals in de Eerste Kamer door SP en CDA al meerdere keren is gevraagd - geen taakstelling op te leggen om het aantal kinderen dat in armoede leeft nog deze kabinetsperiode substantieel te verminderen, bijvoorbeeld van 272.000 nu naar 200.000 in 2021? En waarom zouden niet nog meer Nederlanders zich inzetten voor eenzame, zieke, gehandicapte en arme mensen bij hen in de buurt? Om zo nog meer betekenis te geven aan hun leven. Waarom zouden zij zich niet tot ‘het goede leven’ bekeren om ook anderen een goed, of althans beter leven te gunnen? Voldoening en vreugde zullen hen ten deel vallen.
Ton Rombouts is lid van de Eerste Kamer voor het CDA en oud-burgemeester van ’s-Hertogenbosch.