
Refo’s: de wet van de toenemende afstand
De reformatorische wereld kan zich eens in de zoveel tijd verheugen in de belangstelling van de natie. Vorig jaar was het de Nashvilleverklaring, onlangs de uitgangspunten van reformatorische scholen.
Bij zulke #ophef treedt vaak de wet van de toenemende afstand in werking: hoe groter de afstand tot de reformatorische wereld, hoe ongenuanceerder het standpunt.
Met die wet in het achterhoofd was de belangstelling voor de geslaagde tentoonstelling ‘Bij ons in de Biblebelt’ in Museum Catharijneconvent in de zomer van 2019 opvallend. Bijna 73.000 mensen wilden meer weten over de leefwereld van bevindelijk gereformeerden (al bleek 20 procent van de bezoekers zelf refo). De bezoekersaantallen braken records en het publiek bleek heel divers.
Reformatorische christenen zeggen oeroude waarheden te koesteren, maar tegelijkertijd is hun gemeenschap een typisch product van de moderniteit
Opvallend was dat de tentoonstelling de suggestie wekte dat de bevindelijk gereformeerde gemeenschap sinds de Reformatie onveranderlijk in het leven staat. Dat terwijl de leefwereld van de refo’s pas echt vorm kreeg in de twintigste eeuw.
Belangrijk waren bijvoorbeeld de Gereformeerde Gemeenten (sinds 1907), de SGP (1918), het Reformatorisch Dagblad (1971) en reformatorische middelbare scholen die vanaf de jaren zeventig ontstonden. Vooral met het RD kreeg de groep een eigentijds visitekaartje.
Oeroude waarheden
Het fascineert: reformatorische christenen zeggen oeroude waarheden te koesteren, maar tegelijkertijd is hun gemeenschap een typisch product van de moderniteit. Zonder politieke partij, krant en school hadden ze zich niet als reformatorisch christen geïdentificeerd.
Bovendien is de reformatorische wereld ook in de laatste vijftig jaar veranderd. Leg bijvoorbeeld eens de eerste editie van het RD naast die van vandaag. De verschillen qua presentatie, toon en onderwerpkeuze vallen in het oog.
Veel van de oprichters van reformatorische scholen of van het RD zijn nog in leven
Voor menig historicus, die niet kijkt op een eeuwtje meer of minder, is het ontstaan van het RD en van de reformatorische school nog amper geschiedenis. Veel van de oprichters van reformatorische scholen of van het RD zijn nog in leven. Vraag de mannen die aan de wieg stonden van deze organisaties. Zij waren erbij, wat word je wijzer van een historicus en diens boekenwijsheid?

Markante mannen
Uiteindelijk heeft niemand het eeuwige leven. Het afgelopen jaar overleden onder meer Gerrit Roos, die adjunct-hoofdredacteur was van het RD, Jacobus Teunis van den Berg, jarenlang Kamerlid voor de SGP, en Bert Scholten, jarenlang journalist en medeoprichter van de Gereformeerde Bijbelstichting.
Markante mannen die pal stonden voor hun gemeenschap, vaak in het volste besef dat de buitenwereld weinig ophad met hun denkbeelden. Hiermee belichaamden ze een tijdsbeeld.
Ze fascineren mij enorm. Elke keer als een van hen overlijdt, zoals kortgeleden Scholten, overdenk ik hun inzet voor de gemeenschap. Dan voel ik mij als historicus verantwoordelijk voor het eerlijke verhaal over hun leven. Van dichtbij, maar toch met afstand.
Christoph van den Belt is docent Politieke Geschiedenis aan de Radboud Universiteit en promovendus aan de Vrije Universiteit
Staphorst in de bocht? Welnee
De beelden van een druk bezochte kerk in Staphorst bevestigden nogal wat mensen in hun vooroordelen: kerken mogen hun gang gaan, en wij mogen niet eens naar het theater en de kroeg. Maar dat is toch wat te snel geredeneerd.