Op naar spannende verkiezingen!
17 maart 2021 is de Dag van de Democratie. Dan mag Nederland naar de stembus voor de Tweede Kamer. Politieke partijen zijn nu volop bezig met het opstellen van hun verkiezingsprogramma’s.
Eerdere conceptversies konden als gevolg van de coronacrisis rechtstreeks de prullenbak in. Maar vanuit welke mens- en maatschappijvisie zullen de partijen hun standpunten verwoorden? Hoe heeft de coronacrisis de penvoerders en tekstschrijvers, maar vooral de partijideologen beïnvloed?
Nederland kent van oudsher grofweg drie grote politieke stromingen: liberalisme, sociaaldemocratie en christendemocratie. Elke stroming of ideologie heeft een andere visie op de rol van de staat, de burger, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld.
De coronapandemie heeft aangetoond dat in tijden van crisis een sterke verzorgingsstaat cruciaal is om voor een maatschappelijk vangnet te zorgen. Van steunmaatregelen voor noodlijdende ondernemers, het organiseren van toegankelijke gezondheidszorg tot voorkomen dat sportverenigingen en vrijwilligersorganisaties failliet gaan: Vadertje Staat ziet om naar ons allen. Daar zijn alle partijen het over eens.
De inhoudelijke verschillen tussen partijen en ideologieën over fundamentele vraagstukken zijn in decennia niet zo klein geweest. De politieke strijd gaat vooral over de praktische uitwerking en de manier waarop het kabinet de crisis aanpakt.
Spannend wordt het als tijdelijke crisismaatregelen een structureel karakter krijgen. Zeker als de staatsschuld exponentieel groeit, er geen werkend vaccin is en de maatschappelijke onrust toeneemt. Liberalen zijn van nature geneigd een beroep te doen op de eigen verantwoordelijkheid van het individu. Ook willen zij geen al te grote overheidsinterventies, omdat die de vrijheid en de grondrechten inperken.
Sociaaldemocraten daarentegen zullen de overheid juist willen gebruiken als instrument om de ‘zwakkeren’ in de samenleving te redden. Grote bedrijven en vermogende individuen betalen wat hen betreft daar de rekening voor, onder het motto ‘solidariteit’. Ook verwacht ik de nodige voorstellen om de economie te verduurzamen om de stikstofcrisis, de coronapandemie en de recessie integraal aan te pakken.
Wil het CDA de landbouw en de economie als geheel verduurzamen of kiest de partij een meer conservatieve lijn?
Tussen deze twee uitersten nemen christendemocraten een middenpositie in. Wat van christendemocraten echter vooral verwacht mag worden, is het verrijken van het politieke debat vanuit waarden: een menswaardig leven voor jong en oud, vitale gemeenschappen en een krachtig maatschappelijk middenveld. Het meest uitdagende debat gaat echter over de oeroude christendemocratische waarde ‘rentmeesterschap’. Wil het CDA de landbouw en de economie als geheel verduurzamen of kiest de partij een meer conservatieve lijn?
De politieke strijd in de komende maanden is ondanks deze redelijke voorspelbaarheid tegelijk ook spannend. Spannend, omdat de échte grote vraag is: laten wij deze wereld, ons land en onze aarde beter achter voor onze kinderen en kleinkinderen? Welke oude gewoontes laten we vallen in belang van de volgende generaties?
Doorgaan op de oude weg is geen optie. Er moeten fundamentele, pijnlijke keuzes worden gemaakt. Welke partijen durven het aan hun verkiezingsprogramma een sterk revolutionair en radicaal karakter te geven en welke partijen blijven nog zich vastklampen aan vermeende zekerheden uit het recente verleden? Ik heb werkelijk geen flauw idee en dat maakt mij heel nieuwsgierig.
Dave Ensberg is directeur van Jantje Beton