
Op handelsmissie voor een goed doel
Eind vorig jaar attendeerden mijn vrienden van de organisatie Alzheimer Indonesië mij erop dat er een handelsmissie van Nederland aan Indonesië stond gepland voor maart 2020. Kunnen jullie meegaan, was de vraag.
Jullie, dat waren de bestuursleden van Stichting Alzheimer Indonesië Nederland, die als doel heeft informatie en kennis over dementie over te dragen aan de stichting Alzheimer Indonesië, en de Indonesische gemeenschap in Nederland te mobiliseren voor steun aan hun land van oorsprong.
Het bleek te kunnen en we zijn gegaan, nog net voordat de maatregelen rond het coronavirus het openbare leven in beide landen voor een groot deel had stilgelegd.
Gesprekspartners
Waarom zou je zoiets doen? Omdat het veel kansen biedt om nieuwe contacten te leggen. Niet alleen met de bedrijven die aan de missie deelnamen, maar ook omdat de Nederlandse ambassade serieus moeite doet om voor alle deelnemers de juiste gesprekspartners te vinden voor de zogenaamde match-making-sessies.
Deuren die anders niet zo gemakkelijk open gaan, gaan dat wel in het kielzog van de Koning en Koningin, en de ministers en hoge functionarissen van de departementen in de delegatie. Het gaf ons ook de kans onze Indonesische collega’s bij een aantal bijeenkomsten uit te nodigen en te introduceren en de samenwerking verder te verdiepen.
Uit de media krijg je wellicht de indruk dat de koning en koningin aan het hoofd van een groep bedrijven door het land trekken, maar dat is zeker niet het geval. Van de vijf dagen van de missie zaten zij ongeveer drie kwartier bij de groep: voor een groepsfoto, een korte receptie en gesprekken met een aantal deelnemers, en ondertekening van een aantal overeenkomsten. De rest van de tijd volgden zij hun eigen programma, het officiële deel van het staatsbezoek.
Het overige deel van het gezelschap was als grote groep (170 mensen van 120 bedrijven en instellingen) ook maar kort bij elkaar. De meeste tijd werd doorgebracht in een van de vier clusters: Landbouw en Voedsel, Water, Afval en Duurzaamheid, en onze groep Gezondheidzorg. Iedere groep had zijn eigen programma, in ons geval twee seminars en bezoeken aan een aantal instellingen, zoals universiteiten en ziekenhuizen in zowel Jakarta als de tweede stad van Indonesië, Surabaya.
Individuele ontmoeting
In beide steden was er ook een middag voor individuele ontmoetingen van een half uur met lokale organisaties of bedrijven, een soort speeddating. Vooral deze individuele contacten waren erg interessant omdat er vanuit Indonesië hele concrete vragen kwamen over hoe wij zorg regelen rond dementie: geheugenpoli’s, dagopvang, langdurige zorg en andere zaken. Dementie zit in grote delen van Indonesië nog in de taboesfeer.
Je wordt er dan weer van bewust dat de Nederlandse zorg bij de wereldtop behoort, ondanks dat er nog zo veel beter kan.
Mijn collega en ik hadden uiteindelijk het gevoel dat er meer is bereikt dan we van tevoren hadden verwacht. Het staat of valt wel met een goede follow-up. Het gaat dan om het verbinden van een aantal bedrijven en zorginstellingen als partner of sponsor aan Alzheimer Indonesië en verder het opzetten van één of twee projecten met steun vanuit Nederland.
Verder zijn er waardevolle contacten gelegd met het Ministerie van Volksgezondheid in Indonesië, mede dankzij de inzet van Minister van Staat Sybilla Dekker, die op het laatste moment is ingevallen voor minister Bruins die in Nederland moest blijven in verband met de ontwikkelingen rond corona.
Leerzame ervaring
Voor ons was het een leerzame ervaring. Een conclusie is dat de deelname van het Koninklijk Huis veel aandacht vestigt op het bezoek, ook in de media en in die zin zeer ondersteunend is voor de deelnemende bedrijven en organisaties.
Verder maakt de diversiteit van de deelnemers het lastig een programma op te stellen met voor elk wat wils, je moet dus goed selecteren waar je aan meedoet en wat je er omheen plant. Goede voorbereiding is dan het halve werk.
Van tevoren moeten reeds de nodige contacten worden gelegd, zo nodig met hulp van het Nederlandse Ministerie, de ambassade in het land waar je heen gaat en niet te vergeten de Rijksdienst voor Ondernemingen (RVO) die op allerlei manieren ondersteunt. Daar moet je zelf om vragen maar die steun kregen we dan ook, met als gevolg een goed resultaat.
Marc Wortmann is zelfstandig consultant voor de goede doelensector