
Rutte had beter moeten opletten toen de koning op vakantie ging
Er is veel aan de hand in de wereld en in Nederland. In de VS zal op 3 november een nieuwe president gekozen worden. Ik zit op het puntje van mijn stoel. In Frankrijk werd een leraar geschiedenis onthoofd door een islamist, omdat hij lesgaf in de fundamentele waarden van de Franse republiek, zoals de scheiding tussen kerk en staat.
In Nederland volgen media nauwlettend de kerkgang in de zogenoemde Biblebelt. In Staphorst, Urk en Barneveld worden kerkgangers in de gaten gehouden door de media. Kerkgenootschappen moeten aan dezelfde voorwaarden voldoen als theaters en feestzalen, zegt men.
Lees ook: Staphorst in de bocht? Welnee
Heeft men nog oog voor de scheiding tussen kerk en staat? Heeft het grondrecht van gelijke behandeling voorrang gekregen boven het grondrecht van de vrijheid van godsdienst en godsdienstbeleving? Dat heeft de grondwetgever nooit bedoeld.
Koninklijke vakantie
Maar de discussie gaat niet over deze fundamentele problemen. Neen, wij houden ons bezig met de vakantie van de koning en zijn familie. Staatsrechtelijk niet onbelangrijk, maar toch.
Ook ik ga er nu op in. De minister-president heeft het boetekleed aangetrokken. Hij heeft te laat beseft, zeker na de persconferentie van dinsdagavond 13 oktober, dat de voorgenomen vakantie niet langer te rijmen was met het oplopend aantal besmettingen en de aangescherpte maatregelen.
Dit had hem eerder aanleiding moeten geven tot heroverweging van de voorgenomen vakantie. Voor het voorgaande draagt hij de volledige ministeriële verantwoordelijkheid. De reis werd bij nader inzien in strijd met het openbaar belang geacht, die de koning in privézaken in acht moet nemen.

Het leidde bij mij tot de verzuchting hoe het mogelijk is dat niemand in de omgeving van de minister-president alert is geweest om Rutte te waarschuwen: “U hebt ingrijpende maatregelen op 13 oktober aangekondigd, met daarbij het dringend advies aan eenieder niet met vakantie te gaan.”
De minister-president is immers omringd met personen wier verantwoordelijkheid het is hem te wijzen op handelingen, in dit geval van het koninklijk huis, die voorkomen moeten worden. De minister-president is verantwoordelijk, dat weten ze. Als hij niet uit eigen beweging de stap zet, moet hij geadviseerd worden die stap wel te zetten.
Verantwoordelijk
Het gaat niet om een akkefietje. Het is permanent coronatijd. De koning geeft inhoud aan zijn symbool- en voorbeeldfunctie. Met een dergelijke reis, zo moet de minister-president beseffen, wordt die rol zwaar beschadigd.
Je ziet dat in de publieke discussie. Die richt zich rechtstreeks op de koning en zijn familie. Ja, de minister-president heeft gezegd dat hij volledig verantwoordelijk is. Dat is zo, maar de schade is er. Wat is dan de toegevoegde waarde van die volledige verantwoordelijkheid?
Zo komt het tot uitdrukking in de publieke discussie. Achteraf verantwoordelijkheid nemen is op zijn plaats. Maar als het om de koning gaat is preventieve verantwoordelijkheid beter.
De minister-president wist van het voornemen van de reis. Kennelijk heeft hij het niet ontraden en hij heeft ten onrechte, zoals hijzelf zegt, geen actie ondernomen om de reis te voorkomen na bekendmaking van de nieuwe maatregelen.

Preventief of repressief
Vervlogen tijden kwamen terug in mijn herinnering. Tijdens de Irene-affaire (de controverse over het voornemen van prinses Irene te trouwen met Carel Hugo van Bourbon-Parma) riep de regering koningin Juliana terug van haar inmiddels gestarte reis naar Parijs om het paar op te zoeken.
In de jaren daarna zijn de puntjes op de i gezet wat de ministeriële verantwoordelijkheid betreft. Deze kan repressief zijn; de koning krijgt, zoals nu in het openbaar, een impliciete ingebrekestelling omdat de handeling niet plaats had mogen vinden. Of deze verantwoordelijkheid kan preventief zijn.
Ik kreeg bij de boetedoening van de koning de indruk dat hij op de strafbank zat. Dat is onnodig en verwarrend
Minister-president Rutte heeft repressief verantwoordelijkheid genomen en expliciet aangegeven dat hij fout heeft gehandeld door niet in te grijpen. Het feit blijft dat de koning is vertrokken en met kerende post is teruggekeerd, ik neem aan na overleg met de minister-president. Dat kan als uitvoering van ministeriële verantwoordelijkheid worden gezien.
De koning heeft in zijn videoboodschap op 21 oktober gezegd dat hij niet op vakantie had moeten gaan. Hij heeft zijn spijt tot uitdrukking gebracht.
Strafbank
Opmerkelijk is in deze casus dat zowel de minister-president als de koning het boetekleed aantrekken. Ik kreeg bij de boetedoening van de koning de indruk dat hij op de strafbank zat. Dat is onnodig en verwarrend en niet voor herhaling vatbaar. De onschendbaarheid van de koning ingevolge artikel 42 van de grondwet moet gewaarborgd blijven. Daarom moet primair de nadruk liggen op het voorkomen van zulke handelingen.
Dat is niet gebeurd. Waarom niet? Het kan liggen aan gebrekkige afstemming met zijn adviseurs. Het kan ook liggen aan onderschatting van de implicaties van de reis, ook nog na de persconferentie van 13 oktober.
Het kan ook liggen aan gebrek aan alertheid door zogenoemde ‘metaalmoeheid’ na tien jaren intensief minister-presidentschap. Er is dus wel wat te evalueren binnen het ministerie van Algemene Zaken.
Rein Jan Hoekstra is voormalig secretaris-generaal van het ministerie van Algemene Zaken en voormalig lid van de Raad van State. Hij was informateur in 2003 en 2006