Leren van de coronacrisis
Onlangs kreeg ik het eerste grafiekje onder ogen met de ontwikkeling van de leerresultaten in de afgelopen periode, afkomstig van kinderen uit diverse lagen van de bevolking. Wat al is voorspeld, wordt onbarmhartig in beeld gebracht door de scherpe daling van de verschillende lijnen in de grafiek, sinds de scholen sloten door de coronapandemie. Vooral in de maanden april en mei. De gevolgen van het weer openen van de scholen waren nog niet in beeld gebracht.
Overigens moet ik die daling wel nuanceren: die doet zich vooral voor onder kinderen uit de lagere sociale milieus. Wat een term trouwens, nu ik het zo opschrijf. Je zult daar maar toe behoren… Van dàt stempel kom je misschien nooit meer af.
Maar zo wordt het nu eenmaal genoemd bij die dalende lijn. Een vergelijkbare scherpe daling van de behaalde leerresultaten zien we bij leerlingen uit de middengroepen, al zitten die sowieso al hoger in de grafiek. De daling treft ook kinderen uit hogere-inkomensgroepen, die echter gemiddeld nog steeds hoger uitkomen dan de andere twee groepen.
Online onderwijs is blijkbaar niet zaligmakend. Maar hoe zou die daling eruit hebben gezien, verzuchten de onderzoekers, als er acht weken lang ook niet online onderwijs gegeven zou zijn?
Het zijn zorgelijke resultaten, maar ik vraag me wel af hoe ik ze moet duiden. Zullen vooral kansarme kinderen lang de gevolgen van deze achterstand ondervinden, of zal het ze lukken die weer in te halen? Ongetwijfeld zullen er allerlei programma’s ontwikkeld worden om scholen hierbij te helpen. En laten we hopen dat er over de langere reeks van jaren toch minder leerschade is, dan er nu lijkt te zijn.
Een heel andere vraag is wat de invloed is op het welbevinden van de leerlingen. Ook onderzoeken daarnaar, onlangs bijvoorbeeld door het Jeugdjournaal, laten zien dat kinderen zich behoorlijk zorgen maken over de impact die het coronavirus op hun leven heeft, of misschien nog krijgt.
Zeker jonge adolescenten vinden het erg lastig daarmee om te gaan. Velen ervaren het als een groot onrecht dat feesten er even niet in zit.
Misschien leert deze tijd ons wel, dat die toekomst naar ons toe komt en dat we nu al het leven leren leven
Kun je een achterstand in lezen of rekenen mogelijk nog min of meer inhalen door het juiste oefenprogramma, veel ingewikkelder is het natuurlijk om het welbevinden van jongeren te vergroten. Daarbij vraag ik me af of een belangrijke vaardigheid om het in het leven vol te houden wel voldoende wordt geoefend.
Van hoogleraar Paul van Geest hoorde ik in navolging van zijn ‘leermeester’ Augustinus ooit vijf aspecten over de manier waarop je gelukkig kunt blijven of worden. De belangrijkste die ik heb onthouden, betreft de kunst om pijn en lijden in het leven te aanvaarden. Dat je kunt leven met de scherven van de dromen die je voor je leven had, en dat je ermee rekent dat je in je leven narigheid zult ondervinden. ‘Het leven is gepokt en gemazeld met tragiek!’
Vaak hoor je op scholen dat kinderen goede (leer)resultaten moeten behalen om hen voor te bereiden op de toekomst. Misschien leert deze tijd ons wel dat die toekomst naar ons toe komt en dat we nu al het leven leren leven. Daarmee doe je vaardigheden op die je niet meer kwijtraakt en die je je hele leven goed van pas zullen komen.
Dick den Bakker is onderwijsadviseur
Coronatips van Seneca
De oude Grieken en Romeinen waren zo gek nog niet. Voor het leven in coronatijden heeft de stoïcijnse filosoof Seneca goede tips.