
Laat de as van Hindoes dichtbij verstrooid mogen worden
In oktober 2014 sloot mijn lieve vader zijn ogen. Een paar jaar geleden was hij door een herseninfarct verlamd geraakt aan zijn linkerzij. Hij kon niet meer praten.
Maar je kon wel met hem communiceren, dat was belangrijk. Hij kon het kenbaar maken als hij honger had en hij tikte met zijn ring tegen de bedrand als hij iets nodig had.
Het was een zeer heftige periode voor de familie, maar het was een geruststelling dat hij nog bij ons was. Met ons gezin – moeder, broers en zussen – en vele familieleden hebben we voor hem kunnen zorgen.
Eerder was hij opgenomen in een zorginstelling, maar dat ging niet goed. Hij kon het niet aan en verlangde naar huis. Mijn moeder besloot daarop hem naar huis te halen.
En daar hebben we geen spijt van gehad. Doordat we hem moesten verzorgen, zagen we elkaar als broers en zussen vaker thuis bij mijn ouders. Er werden roosters gemaakt van verzorgingsdagen en slaapdiensten.
Patat speciaal
Ik was op de zondagen bij hem en dan ging ik hem douchen en mooi aankleden. Daarna maakte ik een ritje met hem in zijn rolstoel door de wijk Kanaleneiland in Utrecht naar de patatzaak voor een patat speciaal. Hij genoot ervan.
Vervolgens ging de tocht naar het Amsterdam-Rijnkanaal, vlakbij de vestiging van Ikea. Wat een genot was het om daar te zijn, bijna iedere zondag. Ook op zondag was er druk verkeer van vrachtschepen en riviercruiseboten, er werd gezwaaid en er was levendigheid. Mijn vader genoot hier intens van.
Laatste wens
Na zijn overlijden besloten wij dan ook zijn as uit te strooien in hetzelfde Amsterdam-Rijnkanaal, wel beseffend dat dat eigenlijk niet mocht. Van de uitvaartondernemer hadden wij begrepen dat er duidelijke regels waren voor de verstrooiing van as, regels die bepaalden waar dat wel en niet mag. Maar toch voeren mensen hun eigen wensen uit. As van geliefden wordt verstrooid in de eigen tuin, bij een boom of op een andere dierbare plek.
Op een zonnige ochtend in oktober hebben wij daarom de as van mijn vader verstrooid in het Amsterdam-Rijnkanaal. Met de familie en de hindoepriester, na inachtneming van de gebruikelijke rituelen. Met een koker waarin zijn as zat en met bloemen, veel bloemen voor een laatste afscheid.
Spannend werd het toen een politieauto stapvoets langs reed. Waren ze getipt? Zouden zij ons aanspreken? Wat wij deden was immers illegaal.
Maar waarom eigenlijk? Als iemand zich thuis heeft gevoeld in Utrecht, daar met veel plezier gewoond en gewerkt heeft, waarom zou dit dan niet mogen? Waarom kunnen wij dit niet beter regelen en mogelijk maken?
De agenten reden gelukkig door en wij haalden opgelucht adem. We waren voldaan, want we hadden een laatste wens van mijn vader uitgevoerd.
Tot stof terugkeren
Bij Hindoes is het over het algemeen gebruikelijk dat de overledenen gecremeerd worden. Velen kiezen hiervoor. ‘Stof ben je en tot stof keer je terug’, staat in de Bijbel en ook bij Hindoes leeft deze gedachte heel sterk.
Stof uitstrooien in stromend water gebeurt dan met de wetenschap dat alle wateren met elkaar verbonden zijn. Op een gegeven ogenblik bereikt je as daardoor de Ganges, grootste heilige rivier in India.
Vaak kiezen Hindoes in Nederland ervoor de as van geliefden in het geboorteland te verstrooien, met name in Suriname. Maar ook reist men daarvoor naar India, en dan gebeurt het inderdaad in de Ganges.
Maar in Den Haag en Rotterdam, waar een grote populatie Hindoes woont, zijn al initiatieven om over te gaan naar officiële uitstrooiplekken dichter bij huis. Dit wordt niet landelijk geregeld; de plaatselijke overheid gaat hierover.
In Den Haag staat dit voornemen in het collegeakkoord van 2019 tot 2022 en ook in Rotterdam zijn serieuze gesprekken gaande om een plek aan te wijzen. Al jaren verstrooit de Hindoegemeenschap in Rotterdam de as van hun geliefden in de Maas.
Amsterdam-Rijnkanaal als Ganges
In Utrecht heb ik intussen diverse raadsleden van politieke partijen gesproken. Iedereen luisterde vol belangstelling naar mijn verzoek en alleen daardoor werd ik al geraakt. Het zou zo mooi zijn als dit ook in de Domstad mogelijk wordt, dichtbij huis, een plek waar je naartoe zou kunnen gaan.
Immers afscheid nemen bestaat niet. Ik rijd vaak op zondag naar het door mijn vader geliefde Amsterdam-Rijnkanaal, de Ganges van mijn vader. Mijn gedachten zijn dan bij hem, daar stroomt hij...
Radj Ramcharan is projectleider bij de Stichting Lezen en Schrijven