Het digitale onderwijsexperiment
Over paar dagen beginnen de basisscholen weer. En als alles meezit, volgt het voorgezet onderwijs begin juni.
In veel huiskamers zal een zucht van opluchting hebben geklonken toen dit bekend werd gemaakt. Ook bij ons thuis. Twee volwassenen die thuiswerken en twee puberdochters die onderwijs op afstand volgen; het is te doen maar het valt niet altijd mee.
Sinds op 16 maart alle scholen hun deuren sloten, vindt er in Nederland een enorm onderwijsexperiment plaats. Jarenlang werd op allerlei plekken geroepen dat de digitalisering van het onderwijs maar nauwelijks op gang wilde komen, nu schakelden binnen enkele weken vrijwel alle docenten over op afstandsonderwijs. Gedwongen door het coronavirus. Via programma’s die de meesten waarschijnlijk voorheen ook niet kenden, herstelden ze het contact met hun leerlingen, legden ze lesstof uit en beantwoordden ze vragen.
Jarenlang werd op allerlei plekken geroepen dat de digitalisering van het onderwijs maar nauwelijks op gang wilde komen, nu schakelden binnen enkele weken vrijwel alle docenten over op afstandsonderwijs
Digitale technieken in het onderwijs kunnen veel voordelen bieden. Leerlingvolgsystemen die al enkele jaren worden gebruikt, geven leerlingen en ouders beter zicht op huiswerk, geplande toetsen, behaalde resultaten en gespijbelde lessen. Docenten gebruiken ze om kennis over het leergedrag van leerlingen beter te delen.
Door verder te digitaliseren, kan het ook eenvoudiger worden om elke leerling de lesstof aan te bieden op zijn of haar niveau. En wellicht ook nog eens via een leermethode die voor hem of haar het beste werkt.
Bij het Rathenau Instituut zijn we al een tijd bezig met de digitalisering van het onderwijs. We zien kansen maar ook bedreigingen. Hebben alle leerlingen wel voldoende mogelijkheden om hieraan mee te doen? Krijgen de grote tech-bedrijven die de lesprogramma’s aanbieden niet te veel macht? Is de privacy van leerlingen en leraren wel goed geregeld? Is het wel gezond als ze nog langer dan nu al achter hun schermen zitten?
Waar blijft het sociaal contact tussen leerling en docent en leerlingen onderling? Hebben wetenschappers al voldoende zicht op pedagogische en didactische gevolgen?
Bij het Rathenau Instituut zien we kansen, maar ook bedreigingen bij de digitalisering van het onderwijs. Hebben alle leerlingen wel voldoende mogelijkheden hieraan mee te doen
Dat dit belangrijke vragen zijn, bleek de afgelopen dagen uit berichten in de media. Nogal wat leerlingen bleken geen laptop te hebben, geen rustige plek om thuis te werken of waren zelfs volledig van de radar van school verdwenen.
Als Rathenau Instituut willen we docenten vragen om de ervaringen die ze de afgelopen weken hebben opgedaan met ons te delen. Op die manier willen we beter zicht krijgen op wat de digitalisering betekent voor de zaken binnen ons onderwijs die we als samenleving belangrijk vinden.
Dan kunnen we straks na de crisis een veel bewustere keuze maken over hoe we de digitalisering verder willen vormgeven.
Melanie Peters is directeur van het Rathenau Instituut