Een vat vol tegenstrijdigheden
De luchten zijn blauw als nooit tevoren. Het voorjaar breekt allerlei warmterecords. En het is droog, heel droog.
"Elk nadeel hep zijn voordeel", zei Johan Cruijff ooit. Ontmoetingen buiten in verband met corona zijn nu geen probleem. Sporten in de tuin of in het park is lekkerder met mooi weer. En een ijsje op een bankje of de stoeprand is een van de geneugten van het leven.
De luchten zijn blauw als nooit tevoren. Het voorjaar breekt allerlei warmterecords. En het is droog, heel droog.
"Elk nadeel hep zijn voordeel", zei Johan Cruijff ooit. Ontmoetingen buiten in verband met corona zijn nu geen probleem. Sporten in de tuin of in het park is lekkerder met mooi weer. En een ijsje op een bankje of de stoeprand is een van de geneugten van het leven.
Maar voor het overige krijg ik het er vooral benauwd van. De klimaatverandering gaat hard.
Mei is wereldwijd een verhitte maand dit jaar. Alleen al de afgelopen week waren er hitterecords in Montreal, Canada en Buzaubaj, Oezbekistan, om maar twee willekeurige plekken in de wereld te noemen. En omdat het in Noord-Siberië deze lentemaanden 5 graden warmer is dan normaal smelt de permafrost op de toendra waar je bijstaat – de hoeveelheden methaan die daarbij vrijkomen zijn bepaald niet grappig.
Ik krijg het ook benauwd van het mooie weer. De klimaatverandering gaat hard
Mijn tienerkinderen mogen weer naar school. Het virus is daarvoor voorlopig voldoende in de greep. Mijn dochter is blij om haar vrienden weer te zien, op groter formaat dan het telefoonscherm kan bieden. Mijn zoon probeert in de laatste weken voor de vakantie nog iets aan achterstand weg te werken voor het volgende examenjaar.
Mijn andere zoon, eerstejaars student, is veroordeeld tot digitale colleges, waarschijnlijk tot het moment dat er een vaccin beschikbaar is. Een studentenleven opbouwen in coronatijd heeft zo zijn beperkingen, blijkt. Maar na weken van intelligente lockdown zijn we blij met de grotere bewegingsvrijheid en meer sociale lucht.
Nu de eerste golf van het virus is teruggedrongen, dringen andere waarnemingen zich weer op. Onder die onwaarschijnlijk blauwe hemel rijd ik op de snelweg door de Flevopolder, langs de landbouwvelden. De grond stuift op, de planten zijn kleiner dan normaal. Hier en daar een beregeningsinstallatie, het mag hier.
Als ik de grote brug over het IJsselmeer gepasseerd ben, zit mijn voorruit vol dode muggen. Ik ben blij: dat hebben we een poos niet meegemaakt!
Nu in mei is het in Nederland al zo droog als anders aan het einde van de zomer. We hebben waterbergingsgebieden ingericht, maar hebben droogteproblemen. Op onze schaal dan, want elders in de wereld vluchten mensen uit gebieden waar niets meer groeien wil. Geen water, geen eten.
Als ik de grote brug over het IJsselmeer gepasseerd ben zit mijn voorruit vol dode muggen. Ik ben blij: dat hebben we een poos niet meegemaakt! Hebben die paar maanden minder autoverkeer met bijbehorende stikstof- en CO2-reductie gezorgd voor meer insecten? Dan is er toch nog iets positiefs aan de coronacrisis.
Het unheimische gevoel dat er ontwikkelingen gaande zijn waarvan mijn kinderen de gevolgen meer dan zullen meemaken. De opluchting over de dingen van vandaag.
Een mens is een vat vol tegenstrijdigheden. Maar goed ook. Anders heb je geen leven.
Ruth Peetoom is uitgever bij NDC mediagroep