
Een moreel kompas in tijden van corona
Er zijn weinig momenten waarop een samenleving zozeer behoefte heeft aan een moreel kompas als tijdens een wereldwijde crisis. Het coronavirus zorgt voor een crisis waarvan nu gezegd wordt dat we zoiets in de Westerse wereld sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer hebben meegemaakt.
Verbazend eigenlijk, maar dat kompas dat we zo nodig hebben, lijkt er – ik schrijf 3 april 2020 – wel een beetje te zijn. En dat zonder dat we er veel over hoeven nadenken, zonder ethische rapporten en onderzoeksprojecten.
Achter een gedeeld noodplan
Schijn kan bedriegen, maar het lijkt erop dat we ons in Nederland als een Hansje Brinker eenparig achter de noodzaak van een gedeeld noodplan stellen. De beelden uit binnen- en buitenland zijn immers zo hartverscheurend en ‘komen zo binnen’ dat je niet aan de urgentie ontkomt.
Van overheidswege afgekondigde maatregelen worden breed gerespecteerd. Populisten binden in en verliezen aanhang en het coalitiekabinet benoemt een gezondheidszorgminister uit een oppositiepartij.
Op het moment dat ik dit schrijf buigt de curve van het aantal nieuwe coronabesmettingen de goede richting op, is het aantal ic-bedden nog steeds voldoende en zijn er nieuwe in de maak, stelt de regering grootscheepse steun voor het bedrijfsleven ter beschikking, zijn de meeste mensen gestopt met hamsteren, is het aantal verkeersongelukken gehalveerd en is het aantal misdrijven gedecimeerd. De uitstoot van fijnstof en broeikasgassen is zonder één klimaatconferentie op een minimaal niveau gekomen.
Zeker, je houdt ook je hart vast voor kwetsbare mensen: ouderen die in de war zijn en aangewezen op bezoek, krijgen al wekenlang vrijwel geen bezoek meer; kinderen die geen veilig thuis hebben, zitten nu opgesloten bij gevaarlijke ouders; en mensen in landen – en kampen – waar men bovenop elkaar gepakt zit en waar nauwelijks gezondheidszorg voorhanden is. En je vraagt je af wat de toekomst zal brengen.
Zingeving
In de slagschaduw van die angst lijkt zich een golf van bezinning, solidariteit en vechtlust van mensen meester te maken. Er zijn inzamelingsacties, mensen helpen hun buren, stewardessen laten zich omscholen tot zorgmedewerkers. Er zijn respectvolle en behulpzame medisch-ethische discussies over ‘voorrang op de ic’.
Op allerlei plekken gaan mensen in de weer met zingeving. Een anchor van CNBC, een Amerikaanse zender over financiën en economie, vraagt een bisschop om tijdens een interview te bidden. Overal hoor je dat mensen religieuze muziek gaan herwaarderen of opbiechten dat zij ‘eigenlijk het liefst gelovig zouden zijn’.
En het zal de lezer misschien net zo gaan als mij, namelijk dat regelmatig de tranen over je wangen lopen. Zoals wanneer je op zondagochtend op de IPad een kerkdienst volgt, teruggebracht tot de essentie, en dát tijdens de passietijd; zoals wanneer je met de hele straat applaudisseert voor de zorgmedewerkers; zoals wanneer de minister-president en de koning precies de goede toon weten te treffen. Het heeft, vergeef mij, ook bijna iets louterends, iets opwindends.
Religie als motivatie
Maar kan het zijn dat schijn bedriegt? Kan het althans zijn dat deze golf van eensgezindheid en bezinning zijn zwaarste beproeving nog moet krijgen? Toegegeven: hoeveel toekomstvoorspellingen kan een ethicus zich permitteren die niet medisch, virologisch of economisch is geschoold? Toch noem ik een aantal keuzen.
Ten eerste lijkt het erop dat we, tenzij zich op korte termijn een wondermiddel tegen Covid-19 aandient, nog één tot twee jaar met dit vreselijke virus blijven opgescheept. Zelfs een intelligente lockdown kunnen we niet eindeloos volhouden en dus zullen er mechanismen moeten komen die ons in staat stellen om mondjesmaat buitenshuis aan het werk te gaan. De economie té lang in de spaarstand zetten brengt ons immers terug in de middeleeuwen.
We zullen gedurende langere tijd een bepaalde vorm van social distancing in acht moeten nemen. Apps die uit Zuid-Korea bekend zijn en die burgers indelen in besmettelijk en niet besmettelijk gaan ons misschien helpen, maar zullen ook een aanslag op onze privacy en vrijheid doen.
Verpleeghuizen en scholen zullen niet eindeloos gesloten of geïsoleerd kunnen blijven en dus zullen we nieuwe besmettingen riskeren. De gezondheidszorg zal langdurig overbelast zijn en er zullen pijnlijke keuzes gemaakt moeten worden. Niet alleen welke coronapatiënt er voor intensieve zorg in aanmerking komt, maar ook welke patiënten er überhaupt zorg zullen krijgen. Trouwens: als niet-urgente behandelingen eindeloos worden uitgesteld, worden ze vanzelf urgent.
Sommigen onder ons zullen emotioneel onder die keuzelast bezwijken; anderen zullen er moreel onder bezwijken en hard en protocollair worden. De bijdrage van religie in deze tijd is misschien niet zozeer het leveren van een moreel kompas, maar het bieden van troost en motivatie om datgene waarvan we wéten dat het goed is, ook daadwerkelijk te doen. En te blijven doen.
Solidariteit is nodig
Ten tweede kan het niet anders of er zal enorme economische schade geleden worden. Dat vraagt om heel veel solidariteit.
In kleine kring gaat het om het doorbetalen van je schoonmaakhulp en je muziekleraar, in grotere kring om het dealen met ontslag, het accepteren van kortingen op loon, vakantiegeld en pensioenen en misschien wel heffingen op spaartegoeden.
Nederland en Duitsland lijken er nu (nog) op te pochen dat zij jarenlang hun schulden hebben kunnen aflossen en ‘diepe zakken’ hebben. Europese landen met een mindere begrotingsdiscipline zullen ons vragen om internationale solidariteit, en op zijn beurt zal Europa wereldwijd moeten gaan helpen. De vraag is wat het coronavirus zal doen met de Amerikaanse presidentsverkiezingen en met de internationale verhoudingen.
Stuk voor stuk zijn dit niet alleen bedreigingen maar ook kansen. Kansen om te tonen wat we waard zijn en kansen om te laten zien wat het welzijn van anderen ons waard is.
Kortom: de échte solidariteitstest komt nog.
Theo Boer is hoogleraar Ethiek van de Gezondheidszorg aan de Protestantse Theologische Universiteit Groningen en betrokken bij het Moral Compass Project. Klik hier voor meer informatie over het Moral Compass Project