De kracht van christelijk onderwijs
Plots onderbreekt ze haar zin, onderdrukt een snik, een traan welt op in haar ogen. Het lukt haar niet haar verhaal af te maken. Ze is aan het vertellen wat haar gevormd heeft in haar leven. En terwijl ze ogenschijnlijk met enige afstand vertelt over haar streng gereformeerde afkomst, komt het beklemmende gevoel uit die tijd volstrekt onverwacht terug. Het gevoel van niet mogen zijn wie je bent, niet mogen zeggen wat je denkt, geen vragen mogen stellen, volledig moeten voldoen aan de verwachtingen van je ouders en overladen zijn met een gevoel van schuld en schaamte.
Het gebeurt tijdens een bijeenkomst met bestuurders en toezichthouders in het onderwijs. Ze denken na over de vraag wat de betekenis is van het christelijk geloof in het onderwijs. Als je die betekenis wilt vinden, kan het niet anders dan dat je eerst nagaat of die betekenis heeft gekregen in je eigen leven.
Verademing
Nadat ze verliefd is geworden en getrouwd, heeft ze gemerkt wat een verademing het is als je partner je ondersteunt, laat merken dat je er mag zijn, zoals je bent. Dat je fouten mag maken en weer opnieuw beginnen. En ja, dat is voor haar nadrukkelijk verbonden met het christelijk geloof.
Wat gun je dan op basis van je eigen levenservaring de kinderen die op de scholen zitten, waarvoor je werkt?, is de volgende vraag. Tja, dat is duidelijk: dat ze mogen ervaren wat ze zelf heeft gemist in haar gezinssituatie en heeft ontvangen van haar man. En leraren die in staat zijn om dit waar te maken door met liefde te kijken naar kinderen, een stapje verder met hen te gaan, geduld te hebben, hen te laten groeien.
Verlegenheid
Deze nieuwe manier van zoeken naar de betekenis van het christelijk geloof in de pedagogische, vormende opdracht van het onderwijs is een verademing. Na een krampachtig vasthouden en bewaken van christelijk onderwijs terwijl er veel verlegenheid heerst, merk ik de laatste tijd in toenemende mate het besef dat de christelijke traditie van groot belang is voor een visie op de persoonsvorming van jongeren en het vreedzaam samenleven.
Dat vraagt zoeken naar nieuwe taal en nieuwe vormen, waardoor dat onderwijs herkenbaar kan worden vormgegeven. Dat christelijke scholen daarin een voorsprong hebben, omdat ze de traditie kennen, is waar. Het gevoel van verlies als je het anders gaat doen, kan dit nieuwe denken echter ook belemmeren. Het vraagt lef en zelfbewustzijn om aan een nieuwe vanzelfsprekendheid te werken.
Dick den Bakker is voormalig directeur onderwijs en identiteit van Verus.