
Britse coronacrisis verergert brexitdrama
Op 31 december moet er een handelsakkoord liggen tussen het Verenigd Koninkrijk onder leiding van Boris Johnson en de Europese Unie. Of er een deal komt of niet: er zullen vooral verliezers zijn.
Begin maart dit jaar begeleidde ik een groep studenten van de University of Greenwich op een studiereis naar Lille in Noord-Frankrijk. Coronamaatregelen waren nog onbekend - behalve in China - en er werd nog gesproken over een epidemie in plaats van een pandemie.
Terwijl de uitbraak in Noord-Italië al in volle gang was, schudden we nog gewoon vrolijk handen met onze gastheren. Voordat ik terug reisde naar Nederland, bracht ik mijn studenten op de Eurostar richting Londen. De omhelzingen die ik bij het afscheid kreeg, bleken voorlopig de laatste te zijn.
Handenschudden
Terwijl de Franse president Emmanuel Macron diezelfde week nog in een eerste tv-uitzending het volk toesprak over de ernst van de coronacrisis, deelde Johnson openlijk mee dat hij gewoon handen zou blijven schudden. Hij moest dit bekopen met een besmetting met het coronavirus, die hem in het ziekenhuis deed belanden.
En onlangs was Boris Johnson weer in quarantaine, omdat hij met besmette mensen in contact is geweest. Deze incidenten zijn typerend voor het regeringsbeleid.
Terwijl de uitbraak in Noord-Italië al in volle gang was, schudden wij nog gewoon vrolijk handen met onze gastheren
Niet alleen in het begin, maar ook gedurende de eerste en de tweede golf van het pandemie is het beleid van de Britse regering wispelturig geweest. Aanvankelijk werd de ernst van het virus schromelijk onderschat, terwijl in een later stadium geregeld een U-bocht werd genomen. Scholen gingen dicht en weer open, met alle onrust van dien over de schoolmaaltijden waar veel arme kinderen van afhankelijk zijn.
Herhaaldelijk bleek er, net als in ons land, een chronisch gebrek aan testcapaciteit. Er zijn voortdurend lokale uitbraken, met name in de Midlands en het noorden van Engeland. De populariteit van Johnson is diep gedaald.
Dieptepunt
Een waar dieptepunt was het optreden van Dominic Cummings, waarbij vergeleken de politiek bijna fatale misstap van minister Fred Grapperhaus op zijn huwelijk slechts een lichtzinnige vergissing lijkt. Dominic Cummings was tot voor kort de strategisch adviseur van Boris Johnson.
Hoezeer Johnson op hem gesteld was, bleek wel toen Cummings in een rechtstreekse tv-uitzending vanuit de tuin van 10 Downing Street probeerde recht te breien wat hij had gedaan in de tijd dat het hele land in een lockdown zat. Terwijl hij mogelijk corona had, was hij met zijn vrouw naar zijn ouders in Durham in Noord-Engeland gereden. Onlangs moest hij uiteindelijk toch het veld ruimen.
Johnson schildert de EU nog steeds af als een superstaat aan wiens macht het Verenigd Koninkrijk zich probeert te onttrekken
Dominic Cummings leidde de brexit-campagne en bedacht de leus: ‘Taking back control’. Die leus heeft duidelijk connotaties met een restrictief immigratiebeleid en het terugsturen van immigranten. Het houdt bovenal een afkeer van de EU in als regulator op veel verschillende terreinen, van sociaal beleid tot visserij en handelsbeleid.
Johnson schildert de EU nog steeds af als een superstaat aan wiens macht het Verenigd Koninkrijk zich probeert te onttrekken. Hij vergelijkt zichzelf graag met Churchill, maar de pandemie heeft hem niet zijn ‘Duinkerken-moment’ gebracht. Integendeel, de pandemie heeft het land in zijn greep en Boris Johnson ziet zijn mogelijkheden om het land in een positieve richting te leiden zienderogen afnemen.
Lees ook: Ook de rest van de EU lijdt onder een harde brexit
Zijn reactie op de opleving van regionale weerstand tegen Westminster en het succes van het Schotse onafhankelijkheidstreven laat zien hoe de macht van Johnson in het VK afbrokkelt. In een poging een referendum over Schotse onafhankelijkheid te ondermijnen, schildert Johnson het coronabeleid in Schotland af als mislukt. Dit terwijl de Schotse regeringsleider Nicola Sturgeon met ferme maatregelen het virus probeert aan te pakken en als centrale figuur zichtbaar is voor het publiek.
Machtsvacuüm
Wat betekent dit alles voor de brexit-onderhandelingen over een handelsovereenkomst met de EU? Het duidt op een machtsvacuüm waarbij de steun voor het regeringsbeleid afneemt.
Er is door het publiek vooral heftig gereageerd op het negeren van maatregelen door leiders die zelf deze maatregelen hebben afgekondigd. Terwijl alle economische indicatoren op zeer slecht staan, is het volk nu nog meer verdeeld dan tijdens het brexitreferendum.
Het coronabeleid heeft tot steeds groter wantrouwen geleid tegenover Westminster en de regionale verschillen worden alleen maar groter wat betreft werkgelegenheid en welvaart. Alle beloften die bij het referendum werden gedaan, zoals het terugsluizen van geld dat aan Brussel werd afgedragen naar de nationale gezondheidszorg, staan in schril contrast met de realiteit.

Johnson wil bij de laatste fase van de onderhandelingen nog steeds doen geloven dat een ‘no deal’ even goed zou zijn als een overeenkomst met de EU.
Buitengrens
De onderhandelingen zijn de laatste beslissende fase ingegaan. Een vriend van mij uit Londen schreef me dat hij aan mij denkt omdat ik ‘vastzit op het continent’. Deze grap lijkt een serieuze betekenis te hebben voor de Britse onderhandelaars. De EU moet bewegen - niet zij.
Een heet hangijzer - naast de visserij, staatssteun en de arbitrage bij mogelijke geschillen door het Europese Hof van Justitie - blijft een mogelijke buitengrens van het VK dwars door Ierland. Hoewel hierover duidelijke afspraken zijn gemaakt, probeert de regering deze te omzeilen. Alle voorgaande premiers die nog in leven zijn, zowel van Labour als van de Tories, spraken zich uit tegen een dergelijke schending van internationale afspraken.
De tijd is bijna op en er staat erg veel op het spel voor zowel het VK als de EU
Cynisch gesproken zou je dit de enige eenheid kunnen noemen die Johnson tot stand heeft gebracht.
De nieuwe president van de VS, Joe Biden, heeft ook al zijn bezorgdheid geuit. In de onderhandelingen zou op het moment suprême ook het Europees Parlement wel eens een duit in het zakje kunnen doen. Ierland blijkt te kunnen rekenen op een ferme steun. De tijd is bijna op en er staat erg veel op het spel voor zowel het VK als de EU. Spoedig zal blijken wie te hoog heeft ingezet.
Ulke Veersma is socioloog en was verbonden aan de University of Greenwich, UK
De EU is geen superstaat, wel een waardengemeenschap
Te midden van een wereld die diffuus is geworden, moet Europa de grenzen van haar mogelijkheden kennen, maar vooral ook haar mogelijkheden zelf. Een grotere mate van eigen soevereiniteit is nodig, zegt voormalig voorzitter van de Europese Raad Herman Van Rompuy. Hij spreekt op 28 oktober samen met Mathieu Segers op de bijeenkomst ‘Gemene Zaak? Geld en Europa’ in Den Haag.