Berusting en vertrouwen
Gek genoeg voelde ik vooral berusting en vertrouwen. Een maand dicht, met daarin twee en een halve week afstandsonderwijs: zo luidde het vonnis op 14 december.
Nou, ik zie het wel goed komen. Laten we om te beginnen accepteren dat het nodig is. Niet filosoferen over de schadelijke gevolgen voor kwetsbare leerlingen, maar de inmiddels gemaakte plannen goed uitvoeren.
Want vergeet niet: we stappen er dit keer heel anders in dan in maart. De schoolsluiting van het voorjaar overviel ons volledig en we moesten toen in allerijl bijleren en oplossingen verzinnen. Sinds de heropening van de scholen in juni hebben we uiteraard gewerkt aan plannen, draaiboeken en bijscholing, want deze nieuwe sluiting was ‘de dag die je wist dat zou komen’.
Een van de belangrijke maatregelen die op mijn school direct ingingen bij de nieuwe sluiting was een aanpassing in het lesrooster. Normale lessen duren bij ons 70 minuten, maar het is iedereen inmiddels duidelijk geworden dat dat veel te lang is voor schermcontact. Het lesrooster bestaat daarom nu uit blokken van 25 minuten, waardoor een leerling tegen het middaguur klaar is met de contactmomenten en zelf aan de slag kan met huiswerk en lesvervangende opdrachten.
Deze nieuwe sluiting was ‘de dag die je wist dat zou komen’
Zo hopen we zowel de leerlingen te bedienen die de dagelijkse impuls van hun docent nodig hebben, als de leerlingen die zelfstandig werk goed aankunnen of zelfs prefereren boven een les. Beide geluiden werden namelijk na de eerste lockdown gehoord.
Een ander belangrijk verschil met het voorjaar is onze blik op de leerlingen. Kwetsbare leerlingen mogen nog altijd op school komen, zo luidde het bericht. Ditmaal weten we veel beter wie dat zijn: de leerlingen die in juni onwennig en met een achterstand op hun klasgenoten terugkeerden, nodigen we nu op school uit. Zolang het er niet te veel zijn, levert dat immers geen gevaar op.
Verder hebben we iedereen in de tussentijd een paar maanden in de klas gehad en weten we aardig wie we extra in de gaten moeten houden. Tot slot moeten we ook niet vergeten hoe veel handiger we allemaal inmiddels geworden zijn in de digitale wereld. We beheersen nu vaardigheden waarvan we een jaar geleden niet wisten dat ze bestonden.
En natuurlijk heb ik op mijn gymnasium relatief makkelijk praten: wat ik hierboven beschreef kan lang niet op elke school. Mijn leerlingen zijn bovengemiddeld goed in verantwoordelijkheid nemen en zelfstandig werken.
En toch: ik denk dat het onderwijs het aankan. Berusting en vertrouwen.
Adriaan Kegel is leraar klassieke talen