
Abraham Kuyper was geen populist, of toch?
Het lijkt een suggestieve vraag: was Abraham Kuyper een populist? De suggestie die in deze vraag zit besloten, is dat hedendaagse populisten hun historische evenbeeld hebben in de antirevolutionaire voorman. Wie dat zonder voorbehoud zegt, gaat voorbij aan de wezenlijke onderlinge verschillen.
Met al zijn initiatieven – de oprichting van de Vrije Universiteit, het dagblad De Standaard, de Gereformeerde Kerken en de Anti-Revolutionaire Partij (ARP) – wilde Kuyper ‘zijn’ mensen wijzer en weerbaarder maken, zodat zij zich in het maatschappelijke en politieke leven konden meten met anderen.
Kuyper was dus een emancipator. Volgens Hendrik Colijn, zijn opvolger als ARP-leider, was dit het doel van alles wat Kuyper deed: ‘Het tot samenhangend wetenschappelijk, religieus en politiek bewustzijn brengen van een verscholen en als achterlijk verachte groep van het Nederlandse volk.’
Emancipatoir
De historici Jan en Annie Romein, als marxisten allesbehalve geestverwanten van de calvinistische leider, prezen Kuyper omdat hij zijn aanhang had gewekt uit de ‘trage berusting’ waarin zij ‘voortvegeteerden’. Hetzelfde emancipatoire effect had zijn inzet voor de maatschappelijke en politieke gelijkberechtiging van alle Nederlanders: daarvan profiteerden ook de gereformeerde ‘kleine luyden’.
Pluralisme impliceert dat de overheid zich terughoudend opstelt en zich geen oordeel aanmeet over wie het in de samenleving bij het rechte eind heeft en wie niet
Dat riekt naar politiek opportunisme, maar dat hoeft het niet te zijn. Hoe lastig het ook is een veelgelaagde politicus als Kuyper precies te duiden, vaststaat dat zijn overtuiging dat het Nederlandse bestel recht moest doen aan de maatschappelijke veelvormigheid diep in hem zat.
Dat pluralisme impliceert dat de overheid zich terughoudend opstelt en zich geen oordeel aanmeet over wie het in de samenleving bij het rechte eind heeft en wie niet. Vandaar Kuypers inzet voor gelijke rechten voor alle burgers, ongeacht hun stand, klasse of levensovertuiging. Anders dreigde volgens hem staatsdwingelandij.
Schoolkeuze
Al in 1871, iets minder dan tien jaar voordat de socialist Ferdinand Domela Nieuwenhuis het gelijknamige tijdschrift oprichtte, bepleitte hij het ‘recht voor allen’. In dat licht bezien is zijn politieke strijd voor de gelijke behandeling van bijzonder en openbaar onderwijs niet bedoeld om een voorrecht voor christenen te creëren, maar om Nederlanders ook als het gaat om de schoolkeuze een gelijkwaardige plek onder de zon te bieden. Het onderwijs was een domein van de burgers, niet van de staat, redeneerde hij.
De populisten van nu hangen juist het tegendeel van het pluralisme aan
Uit onverdachte hoek kreeg hij daarvoor naderhand lof toegezwaaid. De liberale historicus Johan Huizinga oordeelde in 1938 dat Kuyper het onderwijs had bevrijd van de ‘almacht van de staat’ en zo de ‘geestelijke vrijheid’ een onschatbare dienst had bewezen.
De populisten van nu hangen juist het tegendeel van het pluralisme aan: zij willen een einde maken aan het principe van gelijkberechtiging. Geert Wilders sluit moslims expliciet uit van grondrechten als de vrijheid van onderwijs en de vrijheid van godsdienst.
Onderscheid
Typerend voor de anti-pluralistische visie op de natie is het onderscheid dat zijn geestverwant Thierry Baudet maakt tussen Nederlanders die alle rechten toekomen en ‘subgroepen’ die tevreden moeten zijn met ‘subrechten’. Geestelijke vrijheid noch gelijkberechting is volgens hem een kernbeginsel van de democratie.
Integendeel: “De democratie is de strijd om de vraag van wie dit land is, van welke cultuur dit land is”, zei hij in de Tweede Kamer.
Met hun verdachtmakingen aan het adres van wetenschap en journalistiek wekken populistische leiders de indruk de kiezers liever onwetend te hebben dan wijs en mondig. Dat maakt hun aanhang plooibaar voor hun versie van de werkelijkheid, ook al is die ver verwijderd van de wetenschappelijke communis opinio over bijvoorbeeld de klimaatcrisis of Covid-19. De conclusie dringt zich op: Wilders en Baudet, Trump en Orban zijn het tegendeel van emancipatoren.

Typische karaktertrekken
Toch is historicus Henk te Velde, hoogleraar Nederlandse geschiedenis aan de universiteit van Leiden, geneigd Kuyper als populist te kenschetsen. Dat is niet om hem als emancipator te diskwalificeren, beklemtoont hij, noch om zijn inzet voor gelijkberechtiging te betwisten, maar wel om de typische karaktertrekken van het Nederlandse democratische bestel beter aan het licht te brengen.
“Ik begrijp dat wel dat ik mensen op de ziel trap als ik Kuyper met populisme in verband breng”, zegt Te Velde, “en dat is dan ook beslist mijn bedoeling niet. Vandaar: geen diskwalificatie. Wat ik wel wil betogen is dat we de dubbelzinnigheden in de politicus Kuyper niet moeten wegpoetsen. Hij kan ons daarmee behulpzaam zijn om ambivalenties van onze democratie te duiden.”
“Ik zie populisme niet als het tegendeel, maar als een onderdeel van democratie”
Te Velde heeft veel geschreven over vormen van politiek leiderschap. De leiderschapsstijl van een politieke voorman maakt ons wijzer over zijn visie op democratie, betoogt hij.
“Ik zie populisme niet als het tegendeel, maar als een onderdeel van democratie. Niet als een heel prettig onderdeel, zeker niet, maar daarmee is het nog niet ondemocratisch. We hebben te veel de neiging om democratie onvoorwaardelijk als iets moois te zien, en dat doen we door alles wat in die democratie een onaangenaam verschijnsel is gewoon buiten de orde te verklaren. Dat noemen we dan populisme, of juist het tegendeel: elitaire blindheid.”
“De laatste jaren, sinds de revolte die Pim Fortuyn ontketende, erkennen we meer en meer dat de democratie in zichzelf spanningen vertoont en dat het niet heel verhelderend is om haar louter als een ideaalbeeld te zien.”
Mengvorm
Te Velde zegt dat het boek The Principles of Representative Government van de Franse politiek filosoof Bernard Manin hem in deze benadering behulpzaam is geweest. Te Velde: “Manin grijpt daarin terug op wat vroeger een mixed constitution heette. Het idee was toen niet dat een democratie het ideale einddoel was, nee, het hoogst haalbare was een soort mengvorm: in het bestel moest zowel de monarchale, de democratische als de aristocratische staatsvorm zijn geïncorporeerd.”
“In een bestel dat louter een van die drie is, betoogt Manin, gaat het onherroepelijk mis. Een aristocratie verandert dan in een oligarchie, oftewel een regering waarin alleen de bevoorrechte klasse het voor het zeggen heeft, en een democratie in een ochlocratie: de mob rule, de heerschappij van de meute.”
Volgens Te Velde neigt het Nederlandse bestel historisch gezien meer naar het elitisme dan naar de mob rule. “Een regering die het voor ons regelt, maar wel zonder ons. En eens in de zoveel tijd krijgt de democratische kritiek op dat elitisme dan militante vormen.”
“Kuyper is daarvan een verpersoonlijking, zoals nu de populisten. De populistische reactie die begon met Fortuyn is ook een reactie op de periode van depolitisering onder de premiers Lubbers en Kok, op de managementstaat die hun kabinetten vestigden.”
Massapolitiek
Kuyper viel regelmatig uit naar de ‘mannen van hooge komaf’ en de ‘millionairs’. In zijn eigen partij voltrok zich al vijftien jaar na de oprichting een scheuring: jonkheer Alexander de Savornin Lohman kon zijn martiale stijl en fanatiek activisme niet meer verdragen. Hij verliet in 1894 de ARP en richtte in 1909 de CHU op.
In hun portret van de ARP-voorman schreven ook Jan en Annie Romein dat de ‘plebejisch-ruige’ Kuyper de ‘massa-agitatie nooit heeft versmaad’. Hij was volgens hen ‘de man van de massapolitiek-in-opkomst’.
Kuyper zei tegen zijn aanhang: als je wilt participeren in de democratie, dan moet je je ontwikkelen
Te Velde zegt: “Als wij nu met die man te maken zouden hebben, dan zou we met een boog om Kuyper heen lopen. Hij was enorm bazig, verschrikkelijk in de omgang, manipulatief, en ging erg ver om zijn doel te bereiken. Tegelijkertijd was hij een geniale man. Je kan haast niet bevatten hoeveel werk hij heeft verzet en hoeveel tot stand gebracht. En inderdaad, echt een emancipator.”
Hedendaags populisme
In het hedendaagse populisme zie je dat emancipatoire element terug, zegt Te Velde: “Het gewone volk moet nou eindelijk weer eens de ruimte krijgen, dat is de boodschap. Maar u hebt gelijk: die emancipatie neemt een heel andere gedaante aan dan in Kuypers tijd. Kuyper zei tegen zijn aanhang: als je wilt participeren in de democratie, dan moet je je ontwikkelen. Nu doen de populisten juist denigrerend over kennis. Wetenschap is ook maar een mening, zeggen ze tegen de kiezers, dus laat je niks op de mouw spelden, je weet het zelf beter. Ze wekken achterdocht over wetenschappelijke kennis, onder het mom dat dat een kritische houding is.”
Lees ook: Kuyper leerde Nederland leven met levensbeschouwelijke verdeeldheid
“Feitelijk laten ze hun kiezers een dwaallicht volgen, nadat ze hen eerst het kompas uit handen hebben geslagen om te bepalen wat onzin is en wat geen onzin is.”
Het meest fundamentele verschil tussen de populisten van nu en Kuyper, beaamt Te Velde, is hun visie op de rol van de staat. Tot de kern teruggebracht ging Kuypers leerstuk van de ‘soevereiniteit in eigen kring’ over de noodzaak dat de staat niet te ver binnendringt in ‘kringen’ als maatschappelijke organisaties, het gezin, de kerk, onderwijs, cultuur: daar kunnen burgers hun zaken het best zelf regelen.
De populistisch leiders van nu daarentegen kan de bemoeizucht van de staat soms niet ver genoeg gaan. Moskeeën moeten dicht, hoogleraren ontslagen, omroepen aangepakt, kunstenaars brodeloos gemaakt, organisaties verboden.
Te Velde: “Kuyper staat echt in die calvinistische traditie van zelfstandigheid. De populistische leiders van nu worden wel eens beschreven als antipolitiek, in de betekenis van anti-overheid, maar ze zijn in dit opzicht juist hyper-politiek. Als de elite maar niet in de weg zat, zou de politiek bijna alles kunnen. Met een staat die van alles mag is veel meer mogelijk, redeneren zij: dan doen we eindelijk de grenzen dicht en donderen we iedereen eruit die we hier niet willen.”
Dit artikel is eis ook te vinden in BRAM, een eenmalig magazine ter gelegenheid van de 100ste sterfdag van Abraham Kuyper. Uitgeverij De Vuurbaak, 7,99 euro.
‘Beoordeel Kuyper niet op zijn volgelingen’
Abraham Kuyper stak op allerlei vlak boven anderen uit. Oók boven hedendaagse politici, zegt historicus George Harinck.